donderdag 21 februari 2013

Betoog bio-industrie Caroline Versluis 6C


Bio-leven
Stel je eens voor dat je een dier bent. Een dier dat leeft in de bio-industrie wel te verstaan. Je hebt weinig ruimte en de kans dat je ooit zonlicht zult zien is zeer klein. Je wordt volgepropt met eten, hormonen en antibiotica, volledig tegen je natuurlijke behoeftes in. En wanneer je ‘volwassen’ en volgroeid bent, wordt je geslacht. Het enige wat dan nog rest is een hoop mest en vlees. Door naar de volgende.

Dit is het levensverhaal van de meeste dieren in de bio-industrie, niet bepaald een prettige. De behandeling van en de omgang met de dieren is in veruit de meeste gevallen dieronvriendelijk. Ook brengt de behandeling en de manier van onderhouden van de dieren in de bio-industrie  vele negatieve gevolgen met zich mee. En niet alleen negatieve gevolgen voor de dieren zelf. Mijn mening is dan ook dat de bio-industrie moet worden afgeschaft.

Ten eerste worden de dieren in de bio-industrie slecht behandeld. In 1997 zijn er rechten opgesteld voor dieren in de veeteelt. Deze rechten worden in de bio-industrie echter vaak geschonden. De rechten houden in: een leven zonder honger en dorst, ongemak, pijn, verwonding en ziekte, angst en spanning en de vrijheid om normaal gedrag te vertonen1. Door een te kleine huisvesting zonder bodembedekking en zonlicht, geen buitengang, te veel dieren per vierkante meter, pijnlijke ingrepen en onnatuurlijke doorfok op absurd hoge productie  worden deze rechten geschonden. De dieren worden meestal onverdoofd gecastreerd en ontdaan van hun snavels, hoorns, nagels en/of staarten. Dit brengt veel pijn en stress mee voor de dieren. Ook het transport naar de slachthuizen is vaak dieronvriendelijk. Zonder water en eten zitten de dieren uren tot dagenlang opeengepakt in een vrachtwagen.

Ten tweede heeft de bio-industrie negatieve gevolgen voor het milieu. Door de hoge dichtheid van het aantal dieren per vierkante meter ontstaat er ook een mestoverschot. Dit heeft bodemvergiftiging en verzuring van het milieu tot gevolg. De veeteelt is verantwoordelijk voor 51% van de door de mens veroorzaakte uitstoot van broeikasgassen1, de bio-industrie zorgt voor het grootste deel hiervan. Ook het transport dat de bio-industrie teweeg brengt, doordat de vele dieren naar slachthuizen moeten worden vervoerd, zorgt voor vervuiling. Jaarlijks produceren we in Nederland meer dan 500 miljoen dieren in de vee-industrie1, die ook allemaal moeten worden geslacht. En omdat het slachten in Zuid-Europese landen een paar cent goedkoper is, worden de dieren massaal op transport gezet naar het buitenland. Sinds 1997 is zowel het aantal transporten als de afstand verdubbeld.

De lezer zal zich nu wellicht afvragen waarom de bio-industrie dan zo groot is geworden als het zogezegd negatief is. Na de Tweede Wereldoorlog was er een ineens grote vraag naar goedkoop vlees en de bio-industrie was hierop het antwoord. In de loop van de jaren in het een belangrijk element van onze economie geworden, het is een ware handelsonderneming geworden. Maar tegenwoordig is het aanbod van vlees groter dan de vraag. De bio-industrie verliest dus aan noodzaak. Ook is nu algemeen bekend wat de gevolgen zijn en hoe de dieren worden behandeld. Steeds meer mensen gaan de bio-industrie als negatief zien en kiezen voor biologische producten. Mensen willen verandering, verandering die hard nodig is.

Tevens heeft de bio-industrie negatieve gevolgen voor de gezondheid van de dieren en mensen. Door buitensporig veel gebruik van antibiotica in het voer van de dieren ontstaan er op den duur resistente bacteriën, ook wel super bacteriën genoemd2. Deze bacteriën zijn ongevoelig voor de gebruikelijke antibiotica en dus  levensgevaarlijk voor mens en dier. Ook is er in de bio-industrie een grotere kans op het ontstaan van ziektes zoals de varkenspest, de vogelpest en Q-koorts doordat de dieren zo dicht op elkaar staan en elkaar dus gemakkelijk kunnen besmetten. Sommige van deze ziektes kunnen ook schadelijk zijn voor mensen. Zodra er zo’n ziekte uitbreekt worden daarom vaak duizenden dieren afgemaakt, de meeste nog gezond, omdat ze misschien besmet zijn en dus gevaarlijk voor de omgeving.

Al met al lijkt mij dus duidelijk dat de bio-industrie moet worden afgeschaft. Er zitten te veel nadelen aan en de gevolgen voor mens en milieu zijn naar mijn idee te groot. De dieren worden slecht behandeld, het heeft negatieve gevolgen voor het milieu, de noodzaak ervan neemt steeds verder af en de risico’s voor de gezondheid van mens en dier zijn te groot. Deze manier van boeren is onnodig en niet meer van deze tijd. Het is tijd voor verandering binnen de bio-industrie. Want zeg nou zelf, wilt u zo’n bio-leven?




2 uitzending Zembla 10 januari 2013


 

zondag 3 februari 2013

A Betoog NL bio-industrie


Bouwplan betoog bio-industrie Nederlands                             Caroline Versluis 6C

 

Stelling: De bio-industrie moet worden afgeschaft

 

Arg 1 De dieren worden slecht behandeld

1.1 rechten worden ontnomen, recht op vrijheden (vrijheid van: honger en dorst, ongemak, pijn, verwonding of ziekte, om normaal gedrag te vertonen, angst en spanning) (geen zonlicht, geen buitengang, onverdoofd castreren)

 

Arg 2 De bio-industrie heeft negatieve gevolgen voor de gezondheid

 

            2.1 buitensporig veel gebruik van antibiotica

 

            2.1.1 resistente super bacteriën

 

            2.2 ontstaan van ziektes (dieren te dicht op elkaar)  

 

 

Arg 3 De bio-industrie heeft negatieve gevolgen voor het milieu

 

            3.1 enorm mestoverschot (verzuring milieu, ammoniak)